Agentschap Innoveren & Ondernemen brengt elk jaar zijn partnerorganisaties samen op hun jaarlijkse nieuwjaarsevent. Dit jaar stond volop in teken van samenwerking, waarbij verschillende organisaties en bedrijven werden uitgenodigd om hun verhaal te doen en aan te geven hoe belangrijk samenwerken voor hun is. Zo was ook onze zaakvoerder Sander Van den dries één van de gasten. Hij kon samen met Hilde Crevits en Lieven Van Gils rond de tafel zitten om te praten over ondernemerschap, innovatie en samenwerking.
Lees het volledige interview tussen Lieven Van Gils en Sander Van den dries hier:
Lieven Van Gils: Om de avond af te sluiten hebben we echte specialisten in samenwerking uitgenodigd. Sander, jij bent zaakvoerder van Comate. Als het goed is hebben we een filmpje klaarstaan waarin je uitlegt wat jullie bij Comate doen. Hierin komen enkele producten aan bod, maar van welke producten kunnen we jullie nog kennen?
Sander Van den dries: “Het is heel vaak B2B, maar een aantal die mensen misschien herkennen vanwege hun media aandacht is de Kobi, een autonome sneeuwruimer die net zoals de robotstofzuiger bij uw thuis werkt, maar dan ontwikkeld is om een oprit of terrein autonoom sneeuwvrij te houden. Of de Slimbox een machine om verpakkingen op maat te maken van het object dat je wil versturen zodat je die dozen met vulmateriaal of lucht vermijdt. Of een heel ander voorbeeld is het project van de Gripper. Een orthopedisch chirurg kwam naar ons met een probleem dat zich voordoet tijdens operaties voor heuptransplantaties. Wij hebben dan samen met hem gezocht naar een instrument dat niet alleen de chirurg zijn werk gemakkelijker maakt, maar waarmee ook de patiënt sneller terug op de been is. Het apparaat verbetert de slaagkansen van de operatie, en het ontlast ook het zwaar belaste chirurgische team. Het product dat wij ontwikkeld hebben, laat patiënten na invasieve heupchirurgie weer lopen in nog geen 90 minuten.”
Jullie zijn de laatste jaren snel gegroeid?
“Goh, wat is snel. Het zijn mooie curves, maar dat is helemaal niet ons doel, eerder een gevolg. Alles wat we doen, de beslissingen die we nemen, staat in teken van 1 ding: dat product een zo groot mogelijke kans op succes geven op de markt. Als dat wil zeggen dat we meer expertises moeten kunnen uitbouwen, dan wil dat zeggen dat we meer mensen moeten aannemen. Maar dat kunnen we lang ook niet alleen. Alle samenwerkingen die we aangaan staan ook puur in het teken van dat product op de markt te krijgen. Dat is hetgeen waarvoor je het doet.
Ik ben ook bijzonder trots op onze cultuur. We hebben de cultuur om elkaars ontwerpen proberen onderuit te halen, maar je wilt niet liever. Liefst dat uw collega uw ontwerp onderuit haalt dan dat de klant dat doet. Of nog erger: de markt. We hebben ook gemerkt hoe moeilijk het is om een nieuw product in de markt te krijgen. Er komt enorm veel bij kijken. Het idee is het gemakkelijkste, je moet vervolgens zorgen dat het technisch haalbaar is, dat het aangepast is aan uw gebruiker en dat er een viable business plan achter zit. Als we ook maar twijfelen dat een bepaald expertise een product beter zou maken, die we niet in huis hebben, dan betrekken we een expert, of we schakelen we bijvoorbeeld een onderzoeksinstelling in. Dat kan ook een investeerder zijn, een marktonderzoeksbureau, … Je wilt er alles aan gedaan hebben om dat product de grootste kans op slagen te geven.
Mooi voorbeeld: de isokinetische fiets voor Bakala Academy (Deceuninck Quickstep) [video]. KU Leuven zorgde voor de kennis en expertise, Bakala Academy voor het business model, Comate voor de engineering en design skills, en de Provincie Vlaams-Brabant trad op als investeerder. Anders was dat nooit mogelijk geweest.”
“Alles wat we doen, de beslissingen die we nemen, staat in teken van 1 ding: dat product een zo groot mogelijke kans op succes geven op de markt.” – Sander Van den dries, zaakvoerder Comate
En dus zijn jullie specialisten in samenwerken? We zouden zelfs kunnen zeggen dat jullie voor jullie voortbestaan afhankelijk zijn van jullie vermogen om samen te kunnen werken?
“Ja, we zijn op intensieve samenwerking aangewezen met allerlei startups, kmo’s, multinationals en andere organisaties. Bij Comate streven we naar een samenwerking en een gezamenlijk resultaat dat niet alleen goed is, maar waar wij en onze partners echt trots op kunnen zijn. Voor minder doen we het niet. Dus goed kunnen samenwerken is voor ons cruciaal.”
Maar succesvol samenwerken, hoe doe je dat? Hebben jullie tips en tricks?
“Op de eerste plaats zoek je best naar samenwerkingen tussen complementaire partners. Waarom werken bedrijven met ons samen? Omdat ze niet alles zelf kunnen doen natuurlijk, of omdat ze de juiste expertise missen. Ieder moet goed weten wat hun focus is, datgene waar jij keisterk in bent. En technologisch innovatief zijn, én de markt doorgronden, én design thinking in huis hebben? Dat is wel héél veel gevraagd van een startup. Met Comate beschik je over een uitgebreid team van ingenieurs en designers die dat dagdagelijks doen.
Maar complementariteit is een cruciale factor om succesvol te kunnen samenwerken. Als je geen duidelijke toegevoegde waarde hebt voor elkaar, kan je ervan op aan dat de samenwerking ergens spaak loopt. Zo werkt Comate vaak met spin-offs van universiteiten samen. Dat vind ik misschien een van de mooiste samenwerkingen die we hebben. Zij hebben misschien 8 jaar onderzoek verricht, er verschillende doctoraatstudies op losgelaten om tot een ongelooflijke technologie te komen. Dat is technologie van topniveau, zij kijken internationaal en zijn op de hoogte van de state-of-the-art. Zij hebben dan bijvoorbeeld de ingenieurs om tot een labo opstelling te komen of een zelf hun Proof of Concept te bouwen, maar er is nog een gigantische kloof tussen die labo opstelling en een vermarktbaar toestel waar je er morgen 1000 van kan gaan maken. Als ze zichzelf dat allemaal zouden aanleren, zijn ze jaren bezig: concepten bedenken, 3D tekenen, leveranciers kennen, prototypes bouwen, … Onze meerwaarde zit dan in het feit dat wij hun concept kunnen omzetten in een markt klaar product. Dat is een mooi voorbeeld van hoe de expertise van twee verschillende partijen mooi complementair is.”
Jullie werken vaak naar radicaal nieuwe producten die nog niet bestaan. Met andere woorden: je weet niet waar je gaat landen. Weegt die onzekerheid soms ook niet op de samenwerking tussen partijen? Zorgt dat soms niet voor strubbelingen?
“Ja absoluut. Inderdaad, samen met onze partners maken we iets dat nog niet bestaat. Dan kan je dus ook niet voorspellen hoe het uitdraait, en of het überhaupt zal lukken. Je kan dus ook maar weinig beloftes maken. Het is een proces van voortschrijdend inzicht waarin je week na week bekijkt waar je staat. Welke resultaten worden geboekt, welke bijsturingen en aanpassingen zijn nodig? Continu nieuwe beslissingen nemen. En dat vergt een groot wederzijds vertrouwen.
En dat vertrouwen kan je kweken door onder meer voortdurend het gemeenschappelijke doel voorop te stellen: wij maken aan onze partners duidelijk dat ook wij het uiteindelijke product tot een succes in de markt willen maken.”
“Bij Comate streven we naar een samenwerking en een gezamenlijk resultaat dat niet alleen goed is, maar waar wij en onze partners echt trots op kunnen zijn. Voor minder doen we het niet. Dus goed kunnen samenwerken is voor ons cruciaal.” – Sander Van den dries, zaakvoerder Comate
Is wederzijds vertrouwen dan de sleutel tot een goede samenwerking?
“Zeer zeker. Je moet je inbeelden, veel ondernemers komen bij ons aankloppen met de vraag hun idee te ontwikkelen. Die hebben vaak maar 1 kans, maar 1 pot geld om dat te doen. Dat geldt voor grote bedrijven, maar nog harder voor Kmo’s of startups. Die laatste steken daar soms hun spaargeld in, zijn bij de ouders hun erfenis al vroegtijdig gaan vragen en misschien nog een lening bij een rijke tante. Om dan te horen dat men nog niet eens kan beloven dat het gaat lukken. Dat wil zeggen dat het vertrouwen er moet zijn dat er alles aan gedaan zal worden om het te laten slagen. En als dat niet lukt, dan heb je de gemoedsrust dat je er alles aan gedaan hebt.
Dat vertrouwen moet je hebben bij de start, en vervolgens is zoals ik al zei, met het voor ogen houden van het gemeenschappelijke doel, een zekere maturiteit in R&D projecten = weten dat R&D met vallen en opstaan is, maar ook met het managen van verwachtingen, en met een open communicatie.”
Een open communicatie?
“Ja, hoe opener de communicatie, hoe beter de samenwerking. Want soms moet je elkaar ook slecht nieuws kunnen brengen: het lukt niet of nog niet, er is vertraging opgetreden, er is een onvoorziene fout opgetreden. Als je dat niet open kan communiceren en samen kunt beslissen wat het beste is voor het product, ondermijnt dat het wederzijdse vertrouwen. Is de communicatie er wél, dan kan je soms wonderen verrichten. Zo hebben we voor Mealhero op een ultrakorte termijn een prototype ontwikkeld voor hun persvoorstelling. We zochten binnen ons eigen brede netwerk een leverancier die flexibel kon inspelen op onze nood, en uiteindelijk hebben we de deadline van de persvoorstelling gehaald. De pers was enthousiast, en de startup was gelanceerd.”
Samenwerking loont voor jullie?
“Absoluut. En niet alleen voor ons. Ik denk dat samenwerking tussen partners die elkaar aanvullen, tegenwoordig een must is geworden. Alleen kan je het toch niet, en door samen te werken, wordt iedereen beter. Zo maken we ook elkaar beter. Als jij jezelf vooral kan bezig houden met dat waar jij goed in bent, wordt je daar alleen maar beter van. Door al de rest door partners te laten doen, worden die partners ook in hun ding beter. Als iedereen alles zelf doet, worden we allemaal middenmoters. België, het land van de middenmoters, dat wil je niet. Het land van de specialisten, dát wil je.”
En dus hebben jullie een uitgebreid netwerk?
“Uiteraard. Dat werkt inspirerend, zo kom je buiten. Wij moeten ook constant op de hoogte zijn van wat er leeft en veranderd op technologie vlak. Wij kunnen ons niet permitteren van iets niet op de hoogte te zijn. Als het kantoor leeg is bij ons, dan ben ik vaak tevreden. Door allen binnen onze 4 muren te ontwerpen missen we heel veel treinen.
We onderhouden niet alleen contacten met ondernemers, maar ook met organisaties die hier vandaag aanwezig zijn.”
Zoals?
“Wel, van Unizo hebben we niet lang geleden de award “KMO van het jaar” mogen ontvangen. Bij het begin van ons onderneming hebben we via een PLATO-traject toegang gekregen tot het netwerk van Voka. We zijn ook sterk verbonden met de Leuvense start-up-scene, en we hebben links met technologische providers zoals DSP Valley. We hebben ons ook al een aantal keer laten adviseren door de vroegere Innovatiecentra, nu de bedrijfsadviseurs van VLAIO. Voor de ontwikkeling van de Gripper waar het daarstraks over hadden, daarvoor hebben we financiële steun bij VLAIO ontvangen. Ook veel van onze klanten hebben innovatie-subsidies bij VLAIO gekregen.
Organisaties waarmee we ook nog hebben samengewerkt: FIT (Flanders Investment & Trade), Flanders Bio, Provincie Vlaams-Brabant, … Onze complimenten ook voor de bedrijfsadviseurs van VLAIO, voor het mooie werk dat zij dag in dag uit verrichten.”
Bij samenwerking wint iedereen?
“Natuurlijk. Dat past helemaal in onze visie op samenwerking. Wij kunnen iets betekenen voor onze klanten, maar vaak kunnen wij ook iets van hen leren. En omgekeerd: als je iets ontvangt uit het netwerk, dan moet je ook durven teruggeven aan dat netwerk. Door dat we al zoveel nieuwe producten ontwikkeld hebben, we hebben zelf al 3 spin-offs opgericht en gezien hoe moeilijk het is om een product op de markt te krijgen, al die ervaring delen we met onze klanten. Soms zetten we een aantal klanten bij elkaar om hen van elkaar te laten leren.
We moeten meer dat groepsgevoel hier in België en Vlaanderen hebben. Hoe beter we elkaar maken, hoe beter we internationaal worden, des te beter we er allemaal van worden. Nogmaals, je wil geen land van middenmoters zijn, je wil een land van specialisten zijn. Ik ben fan van mijn kerktoren, maar je moet er niet onder blijven zitten. Van elkaar leren, en durven kritisch zijn. Ik heb niet liever dat iemand kritiek geeft, zolang je van elkaar weet dat dat is om elkaar beter te maken, dat is niet persoonlijk, want ’s avonds ga je gewoon samen een pint drinken.
Het samenwerken en het opzetten van samenwerkingen, die queeste zal ik non stop evangeliseren.”