Er is veel aandacht voor veiligheid in het laboratorium. Zeker wanneer er met onveilige stoffen wordt gewerkt. Maar ondanks strenge wet- en regelgeving en verregaande maatregelen kan het tóch fout gaan. Volgens Jody Schinkel van TNO speelt het persoonlijk gedrag van medewerkers hier een rol. Hij legt uit wat de risico’s zijn en hoe je het gedrag van medewerkers effectief kunt bijsturen.

Naar schatting overlijden in Nederland ongeveer 4000 mensen per jaar door ongezond werk. De belangrijkste oorzaak van deze sterfgevallen is langdurige blootstelling aan gevaarlijke stoffen. “Het merendeel van deze werknemers overlijdt tijdens hun pensioen”, legt Jody uit. “Het gaat dus niet om acute sterfgevallen, maar ze zijn wel degelijk gerelateerd aan de situatie op de werkvloer. Als je kijkt naar het verlies van gezonde levensjaren, dus niet direct overlijden, verliezen we ongeveer 200.000 gezonde levensjaren per jaar. Alleen roken en overgewicht hebben een grotere bijdrage.”

Jody Schinkel is business development manager bij TNO. Samen met collega arbeidshygiënisten en veiligheidskundigen doet hij onderzoek naar gevaarlijke stoffen op de werkvloer. “We zien vaak dat alle technische maatregelen om medewerkers te beschermen zijn genomen, maar dat er toch blootstelling wordt gemeten. In dat geval worden maatregelen niet goed nageleefd en kijk je naar het gedrag van de medewerkers. Denk bijvoorbeeld aan persoonlijke beschermingsmiddelen die niet worden gebruikt. Of een afzuigingssyteem dat wel aanwezig is, maar niet goed gebruikt wordt.”

Effectieve interventies

Samen met een groep gedragswetenschappers en arbeidshygiënisten heeft TNO een ondersteunende tool ontwikkeld met maatregelen voor het bijsturen van onveilig gedrag. “Voor de GIDS – GedragsInterventie Doe-het-zelftool Stoffen hebben wij literatuuronderzoek uitgevoerd naar evidence-based gedragsinterventies en op basis daarvan een lijst opgesteld van effectieve interventies. Daarbij stelden wij onszelf de vraag: met welke interventies kun je gedrag positief en blijvend beïnvloeden? De lijst met interventies hebben wij vervolgens opgedeeld in vier categorieën: technisch, individueel, organisatorisch en sociaal.”

Jody licht deze indeling toe aan de hand van een voorbeeld: “Stel iemand moet tijdens een handeling een mondmasker dragen, maar doet dit niet. Als de medewerker aangeeft dat het masker niet lekker zit, dan is de oplossing technisch, want dan ga je op zoek naar een masker dat wel lekker zit. Vergeet de medewerker het masker op te zetten? Dan kijk je naar een individuele interventie en kun je gedrag effectief beïnvloeden met bijvoorbeeld nudging. Denk aan reminders door middel van pictogrammen, geluiden of licht. De medewerker krijgt dan bijvoorbeeld een reminder om het masker op te zetten voordat hij de machine bedient.”

Als de medewerker aangeeft dat hij wordt uitgelachen wanneer hij het masker opzet, dan kijk je naar een sociale of organisatorische interventie. “Dergelijke interventies zijn ingewikkeld, want dit heeft vaak te maken met bedrijfscultuur. Daar hebben wij niet één simpele interventie voor en vraagt veelal om een combinatie van interventies op de diverse organisatieniveaus, te beginnen bij het (voorbeeld)gedrag van het leidinggevende kader.”

De tool helpt om te bepalen waar het probleem zit, niet welke oplossing het beste is, legt Jody uit. “Wij stimuleren altijd om het gesprek aan te gaan en te achterhalen waarom een bepaalde regel of maatregel niet wordt nageleefd. Het mooie is dat wanneer je dat goed doorhebt, interventies vaak goedkoper en effectiever zijn.”

Voor meer informatie over gezond en veilig gedrag op het werk bezoek je de website van TNO.

Meer informatie

World of Industry, Technology & Science
Wil je meer weten? Tijdens het seminar Hoe veilig werk jij? geeft Jody Schinkel een lezing over de Gedragsinterventie Doe het Zelf-tool stoffen van TNO. Bekijk het seminar en schrijf je in voor een bezoek aan de World of Industry, Technology & Science.
Bekijk seminar
FHI, federatie van technologiebranches
en_GBEnglish (UK)